“Doe niet zo gay” is niet oké
Wees er als leraar voor ál je leerlingen - door Stéphanie
“Nog een potje tafelvoetbal spelen?” “Nee, ik moet nog leren voor morgen.” “Doe niet zo gay man, doe gewoon mee.” Helaas is ‘homo’ nog steeds een van de populairste scheldwoorden onder jongeren. Als synoniem voor iets stoms, iets lafs, iets wat je niet zou moeten willen zijn. “Doe niet zo gay” is misschien niet kwetsend voor degene die het hoort, maar de leerlingen eromheen vangen het óók op, en onthouden: ik moet niet gay doen.
Het kan al lastig genoeg zijn om pestgedrag tijdig op te merken en adequaat in te grijpen. Ik vind het nog veel ingewikkelder wanneer er bij dat pestgedrag geen duidelijk slachtoffer valt aan te wijzen, omdat de scheldwoorden als strooigoed door het lokaal gaan en ongezien iemand in het hart kunnen raken. Juist daarom vind ik dat je als docent geen kans onbenut mag laten om met je leerlingen het gesprek aan te gaan over diversiteit in gender en seksualiteit. Ohja, en het moet.
Er is namelijk wel iets bekend over de gevolgen: in 2018 onderzocht de Columbia University i.s.m. COC Nederland hoe jongeren zich hierbij voelen, en dat ziet er niet al te best uit. Meer dan de helft geeft aan veel last te hebben van kwetsende opmerkingen, schelden en pestgedrag, door leerlingen en helaas ook docenten. Met als tragisch gevolg dat LHBTQ+-jongeren zich vaker eenzaam voelen, een buitenstaander, en hierdoor ongeveer twee keer vaker absent zijn dan de gemiddelde leerling. (Bron: COC)
Toe aan een vrolijke noot? Deze jongeren voelen zich al stukken beter als ze zich gezien en gehoord voelen door de school. Uit eigen ervaring weet ik dat deze kids (helaas) gewend zijn aan ondoordachte en kwetsende opmerkingen, en hebben ‘geaccepteerd’ dat queer-haat bestaat. Maar waar ze niet aan wennen, is dat de docent niet voor hen opkomt of dat de schoolleiding geen standpunt inneemt. En dat is een stuk eenvoudiger dan je misschien denkt! Spreek je uit in je klaslokaal, of kom in actie binnen de hele school. Voldoet die wel aan de GSA Onderwijsstandaard, bijvoorbeeld?
In de Volkskrant was laatst een mooi voorbeeld te zien van een school met een goed functionerende GSA: een gender & sexuality alliance. Je kunt de GSA zien als een gespecialiseerde leerlingenraad (soms overlapt het ledenbestand) waarin leerlingen en docenten zich inzetten voor meer acceptatie en kennis. De jaarlijke Paarse Vrijdag is misschien wel de populairste activiteit voor awareness, die in december wordt gehouden in het basis-, middelbaar en hoger onderwijs. De oproep is simpel: draag iets paars om te laten zien dat je elkaar gelijkwaardig vindt, ook als iemand niet in jouw hokjes past.
Op mijn school was er al zo’n GSA met actieve, activistische leden. Ze vroegen mij erbij, omdat je als docent net iets beter weet bij wie je moet aankloppen om toestemming te krijgen of draagvlak te creëren. Dat ik onbeperkt toegang had tot warme chocomel, had er misschien ook iets mee te maken. Zij agendeerden, ik notuleerde. Voor iedereen leerzaam.
Ik bleef betrokken bij de GSA, omdat de verhalen van mijn leerling me raakten. Ik besloot altijd, hoe kort ook, te reageren. Elke keer dat ‘het maar een grapje was’ en dat ze ‘echt niets tegen homo’s enzo’ hebben. Steeds als iemand wordt benoemd als ‘een echte man’ of ‘zo onvrouwelijk’. Wanneer een bericht van een zwangere man viral gaat en dat als ‘nep’ en ‘onnatuurlijk’ wordt besproken. Collega’s, maak leerlingen bewust van de kracht van hun woorden, beantwoord vragen of wijs ze de weg naar betrouwbare bronnen, of ondersteuning binnen school.
Klinkt dit net zo leuk-uitdagend als een potje tafelvoetbal? Praat maandag 1 november mee bij de gratis webinar met #OnderwijsVrienden over dit onderwerp. Wissel ervaringen en tips uit met collega’s door het hele land. Ik ben er ook!
- Stéphanie